“Goedenavond. Hoe gaat het? Een man vroeg me laatst: ‘Hoe was het om daar te wonen?’ Ik zei dat ik het er niet over wilde hebben. Maar hij drong aan. ‘Eén situatie!’ Ik vertelde hem iets en ik merkte…Ik geloof mijn eigen verhaal niet. Misschien voelde die man dat. Dat ik dit verhaal kwijt moest om mijn leven opnieuw te beginnen. Of wilde hij dat dit verhaal, dit verhaal van mijn tijd in die onbekende wereld, niet verloren zou gaan. Dus ga ik het vertellen. Het verhaal over… het dorp waar ik jaren woonde. Ik noem het een dorp. Een dorp dat aan de rand van alles ligt. Aan de rand van de stad. Van het land. Van Europa.”
De eerste zinnen van de proloog uit het script van de voorstelling, voorgedragen door artistiek leider en regisseur Floris van Delft en dertig mensen zitten in een kring aandachtig te luisteren. Dertig mensen, samen gekomen in een bloedheet lokaal in het Talentenhuis van theater de Meervaart. Dertig mensen, van verschillende leeftijden, disciplines en pluimages. En met verschillende achtergronden.
Kostuumontwerpers, technici, muzikanten, choreografen, acteurs, productieleiders, begeleiders, decorontwerpers of cateraars. Ze waren er allemaal, en velen hadden elkaar nooit eerder gezien. Maar allemaal zullen ze straks, letterlijk én figuurlijk een rol gaan spelen in het mega-theaterspektakel ‘Hoe ik talent voor het leven kreeg’. Eerst een mega- grote voorstelronde.
Na de voordracht van Floris, moest de taart worden aangesneden. Een taart met daarop het PR-beeld van de voorstelling. Hoofdrolspeler George (van George & Eran producties) zag met lede ogen, doch met een grote grijns, aan hoe zijn afbeelding in vele stukken werd gesneden, alvorens aan te schuiven aan de grote lunchtafel.
Maar het belangrijkste was om elkaar te ontmoeten. En om elkaar aan te kijken, om vervolgens samen te beseffen dat we met iets groots en belangrijks bezig zijn. Floris vond dat ook: “Toen ik iedereen langzamerhand binnen zag druppelen, bedacht ik me dat we al maanden in kleine groepjes bezig zijn. Maar nu we met z’n allen voor het eerst bij elkaar zijn, realiseer ik me pas hoe ver we eigenlijk al zijn in het project. Zoveel mensen, zo divers en gedreven. En kleiner zal deze groep vanaf vandaag niet worden. Alleen maar groter.”