In 2011 gingen de twee stichtingen, waar Elif en Ton werkten, met elkaar fuseren en dat ging gepaard met de verhuizing naar 1 pand. Ton was onder andere verantwoordelijk voor de verhuizing en de computers en zo leerden de twee Rotterdammers elkaar kennen.
“De computer van Elif was te oud om in het netwerk opgenomen te worden. Ik had daar al een nieuwe voor besteld. Elif wilde graag een nieuwe pc. Zij vroeg dit aan mijn collega maar die verwees haar naar mij. Elif was eerst erg verlegen om dit aan mij te vragen. Ik antwoordde dat zij een nieuwe van mij kreeg als zij Mante (Turks gerecht) voor me maakte.”
In die tijd spraken Elif en Ton elkaar urenlang op MSN. Over wat zij van het leven wilden. Wat hun verwachtingen waren, hun wensen. Soms tot vroeg in de ochtend. Om elkaar vervolgens op de werkvloer weer te zien en te doen alsof er niets aan de hand was.
“De reacties uit onze omgeving waren eigenlijk wel goed. Iedereen was positief. Wel hebben we de vraag gekregen of we het zeker wisten. Twee culturen…je weet wel. Elif’s broer was erg beschermend. Elif was met hem gaan praten en Ik ben toen mee gegaan. Na dat gesprek, waarin hij duidelijk maakte dat ik zijn zus niet ongelukkig moest maken, hebben we samen een biertje gedronken. Opvallend was dat de familie in Turkije mij ook direct accepteerde. Daar zag ik in het begin wel tegenop.”
En zo gebeurde het dat Elif een keer bij haar broer was. Haar ouders hadden al vrede met de relatie. Ze belde Ton om te zeggen dat ze met haar broer zat te praten over hun relatie.
Ton: “Ik vroeg of ik hem aan de telefoon kon krijgen en zei tegen hem: ‘Heb je nog bier? Ik kom eraan.’ Later hoorde ik dat hij niet wist hoe hij om moest gaan met het feit dat ‘die Hollander’ even langs kwam. Doch, na een goed gesprek heb ik zijn respect gekregen.”
Soms was de communicatie een probleem. Nederlandse uitspraken kwamen raar over in het Turks en andersom. Soms zorgde dat voor irritatie, maar door er van uit te gaan dat de ander het niet slecht bedoelt en door uitleg te vragen werkten ze dat al snel de wereld uit. “Soms, nu nog, is mijn directheid en haar indirectheid een irritatiepuntje. Maar wij kennen elkaar nu en weten wat we aan elkaar hebben. Mijn schoonouders hebben soms nog wel moeite met mijn directheid en ervaren dit soms als botheid. Ik heb de afgelopen jaren wel geleerd om wat minder direct te zijn.”
Elif: “Cultuurverschillen kunnen soms onbegrip veroorzaken. Maar we leggen elkaar uit waarom we zo denken. Daardoor leren we van elkaar. Er is geen cultuur wat beter is dan de ander, wel anders. Het allermooiste van onze relatie zijn onze 2 dochters Azra en Sara, een tweeling van 12 jaar. En voor hun namen hebben wij veel meer tijd nodig gehad om ze te kiezen dan anderen. Kindernamen kiezen is niet zo makkelijk. Ton wilde bijvoorbeeld makkelijke namen. Niet van familie. Maar ook makkelijk uit te spreken voor hem. Hij wilde niet: ‘he, hoe heet je ook alweer, kom eens bij papa..’ Mijn moeder had een mooie klinkende Turkse naam bedacht, wat je als ezel schreef (die werd het dus niet).”
Ton: “Ja, dat was wel vreemd. Waar in Nederland de ouders de naam kiezen, heeft in Turkije iedereen inspraak. De naam van de eerstgeborene, toen ik wist dat het een meisjes was, stond gelijk vast: Azra.”
“We hebben nog voor ons huwelijk tegen elkaar gezegd dat we altijd elkaars hand moeten vasthouden. Je komt namelijk altijd wel obstakels tegen in een relatie. Ook respect naar elkaar is, zoals altijd, belangrijk. Praat met elkaar hoe en waarom je ergens over denkt en heb begrip voor een ander standpunt. Neem soms exclusief de tijd voor elkaar. Laat de ander weten dat je van hem/haar houdt.”